U bent hier

Wie zijn we en wat doen we?

Industriële energiestromen

Wereldwijd is de industrie verantwoordelijk voor ongeveer 50% van het energieverbruik. Recent gewijzigde Europese richtlijnen in het kader van de klimaatverandering zullen steeds meer hun weerslag hebben op de prijs van energie en concretiseren de daling van het energieverbruik. De efficiëntie verhogen en/of de energievraag reduceren, is noodzakelijk. Omdat de industrie niet altijd de juiste kennis of instrumenten voorhanden heeft om efficiënt energiestromen in kaart te brengen en ogenblikkelijk op te volgen, is het noodzakelijk hiervoor een draagvlak op te bouwen aan de hand van het project Nutscan. Het is mogelijk om de energie-efficiëntie van nutsvoorzieningen onderling te vergelijken omdat ze vaak product- of sector-onafhankelijk zijn.

Projectfasering

Het project omvat 3 fases, die elk een belangrijke pijler vormen bij de reductie van energieconsumptie door nutsvoorzieningen. Het eerste aspect van het project betreft het scannen van de nutsvoorzieningen, waarbij de energie-efficiëntie beoordeeld zal worden. Aangezien de nutsvoorzieningen permanent in werking zijn zal de bijdrage hiervan in de energiefactuur belangrijk zijn. Hierbij staan veldmetingen bij de industriële partners in het project centraal, zodat aan de hand van numeriek onderbouwde resultaten het potentieel van de impact door hedendaagse technologieën op de energieconsumptie zichtbaar gemaakt kan worden. Het is namelijk zo dat zonder de aanwezigheid van voldoende gedetailleerde gegevens de wijziging in energie-efficiëntie door vernieuwing in de nuts-specifieke installaties niet numeriek geëvalueerd kunnen worden, waardoor de economische waarde ervan niet in kaart gebracht kan worden. Om de rentabiliteit van de investering te beoordelen en eventueel als voorbeeld te stellen naar de bedrijfswereld zijn meetcampagnes voor en na de implementatie van energiebesparende maatregelen noodzakelijk.

Energielabel

Eens het luik betreffende meetcampagnes geoptimaliseerd is (de noodzakelijke meeteenheden zijn ontwikkeld en/of gevalideerd en kunnen vlot ingezet worden) wordt in een tweede fase gewerkt aan het definiëren van een energielabel voor perslucht- en stoominstallaties. Nu wordt bij uitbreiding of vervanging van nutsvoorzieningen namelijk al te vaak enkel rekening gehouden met de initiële kostprijs van een installatie en wordt de energie-efficiëntie in functie van de tijd uit het oog verloren. Een thermodynamische analyse zal gehanteerd worden als vertrekpunt voor het bepalen van kengetallen die de maatstaf zullen zijn voor de energie-efficiëntie en duurzaamheid van een installatie.

Mobiele energiemonitoren

Door middel van mobiele energiemonitoren ontwikkeld in het Enerprof project, die naast het energieverbruik ook in staat zijn om zowel analoge als digitale sensoren uit te lezen, worden als resultaat van de eerste fase een brede waaier aan nutsvoorzieningen gemonitord als numerieke ondersteuning voor definiëren van de energie-labels en ter verificatie van de theoretische hypotheses. De inhoud van het label zal tot stand komen in ruim overleg met producenten, studiebureaus en eindgebruikers die actief zijn in de wereld of gebruik maken van nutsvoorzieningen. Het is de bedoeling om de mogelijkheid tot een Europees gekaderd systeem, zoals de reeds bestaande Europese energie-labels, open te houden zodat het potentieel van dit onderzoek opgeschaald kan worden naar het energiebeleid op Europees niveau. Daartoe is het interessant de structuur van deze labels gelijkaardig te definiëren als bij de reeds bestaande indeling voor andere toestellen.

Bewaking

De beschikbare maandfactuurgegevens laten niet toe de energievraag van de nutsvoorzieningen af te zonderen en te analyseren. Dalende energie-efficiëntie kan veroorzaakt worden door de toename van persluchtlekken, door de slechtere prestaties van de energieomvormers door vervuiling van filters, condensors, isolatieschade, koelmiddelverlies, enz . Een energiebesparingspotentieel van 10% tot 15% is realistisch. Om blijvend aan te sturen op een optimale energie-efficiëntie en duurzaamheid van de nutsvoorzieningen is een permanent energiebewakingssysteem noodzakelijk. Een bedrijf kan ervoor kiezen – en zou daartoe moeten gestimuleerd worden - om bij aanpassing of vervanging van een deel van de uitrusting, tegen een minimale meerkost, meetsensoren op te nemen in de utility-installaties. Deze sensoren moeten permanente bewaking van de installatie mogelijk maken. Daarom dringen de introductie van een beperkt energiemanagementsysteem op maat en de ontwikkeling van een bewakingsalgoritme zich op voor de verschillende nutsvoorzieningen als derde fase van het project.

Overdracht van know-how

In dit project wordt ruim aandacht besteed aan de technologietransfer naar de industriële partners, waarbij het vaak bedrijven betreft die actief zijn in energiemanagementsystemen, energieaudits, maar ook studiebureaus, producenten of installateurs van nutsvoorzieningen en eindgebruikers. Aan de hand van modulair opgebouwde testopstellingen en testcases worden de technische mogelijkheden (huidige/toekomstige) van de energiebewaking van nutsvoorzieningen, de installatietechnieken, de normconformiteit, enz. geïllustreerd. Via deze opstellingen worden in samenwerking met de valorisatiepeters, workshops en opleidingen georganiseerd. Dit project biedt ook wetenschappelijke ondersteuning aan industriële partners die met eigen knowhow producten of diensten op de markt brengen waarmee nutsvoorzieningen op een doordachte manier bewaakt worden. Analyse wijst uit dat de enig haalbare weg naar significante en rendabele verbetering inzake energie-efficiëntie complementaire maatregelen inhoudt in alle sectoren van de economie en alle belangengroepen erbij betrekt, ook het onderwijssysteem.

De gebruikersgroep

Er zijn dus verschillende voordelen verbonden indien een bedrijf zich bij de gebruikersgroep wenst aan te sluiten en dus een industriële partner van het project wordt. Deze krijgen namelijk door contactop vergaderingen en besprekingen, als ook het contact met medewerkers de kans om het project mee richting te geven en mee te sturen door het formuleren van bedenkingen of opmerkingen. Zoals eerder aangehaald kunnen de industriële partners ook gebruik maken van de mobiele meeteenheden ontwikkeld in Enerprof, en uitgebreid in Nutscan, voor het nemen van veldmetingen op een plaats waar zij wensen. De industriële partners zijn bevoorrecht om enerzijds de mobiele meeteenheden prioritair in te zetten en anderzijds de bewakingsalgoritmen ontwikkeld in de derde fase te gebruiken. Tot slot krijgen alle industriële partners toegang tot de projectresultaten en hebben deze daarbij de kans de projectresultaten actief in te zetten in hun bedrijf. Naast de participatie aan het ontwikkelingsproces, waarbij de invloed van participanten niet te verwaarlozen is, zal het project dus een tastbaar resultaat aanleveren voor de industriële partners waarbij deze een economisch voordeel kunnen realiseren door besparingen op energie consumptie door nutsvoorzieningen op lange termijn.